
Overkoepelende organisatie en semi-overheidsinstelling die de belangen van de wijnbouwers en de champagnehuizen behartigt. Bij oprichting (12 april 1941) had het CIVC drie doelstellingen: ten eerste, de marktontwikkeling voor champagne stimuleren, ten tweede, het respect voor de lokale gebruiken en de kwaliteitszorg verzekeren, en ten derde, de druivenmarkt reguleren om overproductie te voorkomen.
Later kwamen daar volgende doelstellingen bij: ten eerste, voeren van toegepast onderzoek en geven van advies op wijnbouw- en wijnmakersvlak, ten tweede, officiele communicatie, en ten derde, de bescherming en valorisatie van de appellatie Champagne in de wereld.
Het CIVC heeft ook een werking van onmiddellijk praktisch nut: zo verspreidt het de gecertificeerde enten van de druivenstokken. De burelen van het CIVC zijn te vinden in Epernay. Het telt een hondertal voltijdse medewerkers.
Om zijn invloed in de wereld te doen gelden, zijn er overal champagnebureaus te vinden: Duitsland, Australië, Oostenrijk, België, Brazilië, Spanje, Verenigde Staten van Amerika, Indië, Italië, Japan, Luxemburg, Nederland, Verenigd Koninkrijk, Rusland en Zwitserland.
Het Comité Champagne heeft twee copresidenten: eentje voor de huizen en eentje voor de wijnbouwers. Zij nemen beslissingen, zitten vergaderingen voor en vertegenwoordigen het CIVC.
Verder bestaat het CIVC uit een Executive Board, met zes vertegenwoordigers van de huizen en zes van de wijnbouwers, dat de finale beslissingen neemt. Dit gebeurt telkens bij consensus. Daarnaast is er een Joint Trade Committee, met 13 vertegenwoordigers van elk en drie leden van de Brokers’ Guild.